Lees verder
Garantie op temperatuurstabiliteit, traceerbaarheid, de juiste infrastructuur en koel- en opslagcapaciteit, last mile. Aan uitdagingen geen gebrek als het gaat om het logistiek vraagstuk van het coronavaccin of beter gezegd vaccins; want diverse farmaceutische bedrijven ontwikkelen verschillende vaccins die verschillende logistiek vereisen. De logistiek is volgend, maar de sector wacht niet af.
Om positief te beginnen: Voor het pure inkomende en productie gedeelte lijken er geen problemen te zijn. Dat stelden Wouter Dewulf, professor in de luchtvracht en Roel Gevaers, professor supply chain, beiden verbonden aan de Universiteit van Antwerpen, medio september al en de professoren lijken gelijk te krijgen. Tenminste wat betreft België. Brussels Airport en de luchtvrachtorganisatie Air Cargo Belgium hebben ter voorbereiding de lokale taskforce ‘BRUcure’ opgericht om efficiënte in- en uitvoer van het vaccin te faciliteren.
Nederland blijft niet achter. Sterker nog; Nederland zet hoger in dan de zuiderburen. Waar België mikt op het bevoorraden van zijn eigen land, kijkt Nederland over de grenzen. Onder de naam Vaccines Gateway Netherlands werkt de Pharma Cargo Community van Amsterdam Airport Schiphol werkt samen om ervoor te zorgen dat de temperatuurgecontroleerde toeleveringsketen klaar is voor het veilige en efficiënte transport van COVID-19-vaccins. De bv Nederland met Schiphol voorop heeft als doel dé coronavaccin hub van en naar Europa te worden. Ferry van der Ent, directeur Business Development, Schiphol Cargo: “Wij willen graag Nederland bedienen, maar onze capaciteit is zodanig dat we ons niet hoeven te beperken tot Nederland alleen.”
Een bontgezelschap is aangesloten bij deze taskforce onder leiding van Air Cargo Netherlands (ACN). De aangesloten bedrijven zijn: Schiphol Cargo en Air France KLM Martinair Cargo, verladers, farmaceutische producenten, expediteurs en luchtvaartmaatschappijen. Het doel: de vaccins en de benodigde grondstoffen snel en veilig over de wereld te kunnen verspreiden. De gateway betreft niet enkel gerede vaccins naar Nederland of andere landen te transporteren; een belangrijke taak is de potentiele im- ex- en doorvoerstromen af te bakenen van bijvoorbeeld grondstoffen naar fabrieken waar de vaccins gemaakt worden. Een andere variabele waar de taskforce op moet inspelen is de optie van overcapaciteit aan vaccins bij de fabrieken wat weer een exportstroom kan opleveren. Ook de logistiek van naalden hoort hierbij. Van der Ent: "Aan vaccins zonder naalden heb je niets. Het belangrijkste is om een veilige, beveiligde en betrouwbare handelsroute te bieden, vooral wanneer er een piek in de vraag is, zodat we kunnen garanderen dat de vaccins manipulatievrij zijn, zonder temperatuurschommelingen en op de juiste manier worden behandeld”. Onder het initiatief zal de gemeenschap nauw samenwerken met de douane en overheidsinstanties om te zorgen voor snellere vrijgave door de douane en prioritaire douanecontroles.
Om dé coronahub te worden, Schiphol heeft concurrentie van Frankfurt, is goede verdeling van de opslag om voldoende koelcapaciteit te garanderen, essentieel. Om hiervoor te zorgen in Nederland, brengen de belangenorganisaties Fenex en TLN de opslagcapaciteit in kaart. Zij roepen hun leden op beschikbare GDP-gecertificeerde loodsruimten te melden. Aan bereidwilligheid geen gebrek, stelt Hans van den Berg, woordvoerder TLN: “De sector staat er klaar voor om snel te kunnen schakelen. Het lijkt erop dat er voldoende opslagruimte beschikbaar is of er snel kan worden opgeschaald wanneer nodig. Dit hangt echter wel af van hoeveel vaccins er op welke temperatuur moeten worden opgeslagen. “
En juist die vraag moet nog worden beantwoord. Diverse farmaceuten ontwikkelen vaccins die allemaal hun eigen opslagtemperatuur behoeven. Zo is inmiddels duidelijk dat het Pfizer vaccin op -70 graden moet worden opgeslagen, het Moderna vaccin op -20 graden (en 30 dagen houdbaar in de koelkast) en het Oxford vaccin op 2 tot 8 graden bewaard kan worden. “Hoeveel opslagruimte er precies nodig zal zijn, hangt af van hoeveel vaccins er worden ingekocht, wanneer en in welke hoeveelheden die worden geleverd en hoe lang deze moeten worden opgeslagen”, aldus Van den Berg.
Deze confusie werkt ook door op de nationale logistiek van het coronavaccin. Als we enkel inzoomen op Nederland; is onduidelijkheid troef. Wat wel duidelijk is dat ketensamenwerking ook hier de sleutel is tot succes. Op de vraag of er voldoende opslagcapaciteit is, zijn de meningen verdeeld. Van der Ent voorziet desondanks weinig problemen voor de opslag en distributie van de miljoenen vaccins i ons land. Volgens hem worden de coronavaccins opgeslagen op de locaties waar ook andere vaccins liggen. “En datzelfde distributienetwerk gaan ze gebruiken voor Covid-19 vaccins.”
Lees ook
Coronavaccin: zo moet de logistiek eruit komen te zien om succes te hebben
Een gegeven dat Niek Poppelaars, co-head logistics & industrial bij Savills in Nederland juist sceptischer maakt. “Een deel van het logistiek vastgoed in Nederland is geschikt voor koudeopslag. Denk aan bederfelijk waar zoals de food-sector en de sierteelt.” Uit onderzoek van Savills blijkt dat op dit moment 12 procent van de huidige voorraad aan logistiek vastgoed in Nederland wordt gebruikt voor gekoelde opslag. Dit komt neer op ruim 4,5 miljoen m² aan logistieke ruimte, verdeeld over 265 locaties. “In de praktijk worden daar nu niet dergelijke extreme temperaturen vereist als nu het geval lijkt. De vraag is dus überhaupt of die 12 procent van de logistieke voorraad die ingericht is op koelen, ook deze temperatuur aankan. Daarnaast is een groot gedeelte van deze voorraad op dit moment al in gebruik en kan dit niet zomaar worden vrijgespeeld voor de opslag van het nieuwe vaccin.”
Is er nog een alternatief op deze actieve koeling van het vaccin gedurende de gehele logistieke keten? Speciaal ontworpen koelboxen verpakt met droogijs zouden een oplossing kunnen bieden. “Je kunt met droog ijs een voertuig voldoende koelen. Je zet dan een geïsoleerde box met bevroren CO2 in de laadruimte. Dat koelt een paar dagen lang de ruimte tot -80 graden Celsius. Ik voorzie geen problemen op dit vlak”, stelt Jan Fransoo, hoogleraar logistiek aan de universiteit van Tilburg en de TU Eindhoven op Nemokennislink.nl. Ook het aantal vrachtwagens is geen issue, die zijn er genoeg. Ruben Jansen, commercieel manager bij D.J. Middelkoop (aangesloten bij de taskforce) sluit zich daar deels bij aan.
Alles valt of staat bij inzicht en details. Bij passieve koeling kan het aantal beschikbare vrachtwagens wel een issue worden, meent hij. Ook hier is het van belang om te weten welke vorm van passieve koeling er gebruikt zou gaan worden. Koeltrailers zouden dan de oplossing kunnen zijn. Overall voorziet hij wel uitdagingen, maar geen problemen: “Als we op tijd de juiste informatie en data krijgen van de overheid, kunnen wij dit met de logistieke community aan. Nederland weet niet half hoeveel volume wij wekelijks aan goederen met elkaar verwerken. Moet je zien waar wij toe in staat zijn als de verschillende bedrijven gaan samenwerken.”
Misschien wel de grootste uitdaging ligt in die laatste schakel; de fijnmazige distributie van de lokale (diepvries)magazijnen tot bij de locatie van inenting. Gebeuren de inentingen in ziekenhuizen, bij huisartsen of in grote beurshallen en stadions? Het RIVM, die verantwoordelijk is voor dit programma, heeft nog geen besluit genomen. Die keuze bepaalt de manier van opslag en de logistiek die daarop volgt. Uit logistiek oogpunt pleit Fransoo voor de centrale aanpak; inenten op grote locaties in het land. Dit verkleint de kans dat grote voorraden op de verkeerde plek belanden, aldus de professor. Ook de Topsector Logistiek roert zich. Samen met andere topsectoren, wordt opgeroepen tot actief meedenken. De uitdaging: ontwerp een integrale logistieke en creatieve oplossing voor een corona-vaccinatieprogramma waarmee snel, zorgvuldig, verantwoord en nauwkeurig in potentie 95 procent van de bevolking in Nederland kan worden ingeënt.
Een hele uitdaging, zeker voor het vervoer van het Pfizer vaccin dat op -70 graden moet worden gekoeld en het Moderna vaccin op -20 graden. Voor de fijnmazige distributie is dit probleem, omdat de farmaceutische logistieke industrie quasi niets diepgevroren vervoert, stelt de Belgische professor Gevaers. “Er zal dus ofwel opnieuw moeten gewerkt worden met droogijs, met het risico dat het hergebruik de kwaliteit van het vaccin kan reduceren. Ofwel zal men de last mile actief moeten koelen en hiervoor een samenwerking aangaan met bedrijven die nu Horeca en retail beleveren.” Een andere optie is passief koelen met koelboxen, zoals dit nu al soms gebeurt bij online voedingswebshops. Passief koelen houdt echter in dat er tussen het vertrek uit het diepvriesmagazijn en de aflevering bij ziekenhuis, dokter of apotheek maar maximum 12 uren mag tussen zitten.
Qua last mile zou het Oxford vaccin, ontwikkeld door de Universiteit van Oxford en fabrikant AstraZeneca, het meest eenvoudig zijn vanwege de temperatuureisen. De kans is groot dat het RIVM hier ook op inzet. Het ‘Oxfordvaccin’ is tot nu toe namelijk de belangrijkste aankoop van Nederland op dit gebied. Mocht het vaccin worden goedgekeurd, dan kan Nederland 11,7 miljoen doses van tegemoet zien, meer dan de vaccins van Pfizer (7,8 miljoen doses) en Moderna (3,1 miljoen) bij elkaar. Omdat er per inenting twee injecties nodig zijn, zou dat genoeg zijn om zo’n 6 miljoen mensen te vaccineren, meldde de Volkskrant medio november.
Begin december maakte zorgminister Hugo de Jonge bekend dat mogelijk begin januari een begin gemaakt kan worden met het vaccineren van de eerste mensen met de vaccins van Pfizer/Biontech. Deze bedrijven kunnen volgens het ministerie van Volksgezondheid in december een miljoen doses van hun vaccin leveren. Dat zou betekenen dat in januari in principe al 500.000 mensen kunnen worden gevaccineerd. Om effectieve bescherming te bieden, zijn twee inentingen per persoon nodig met een tussenpoos van drie weken.
Hoe en waar die inentingen zullen plaatsvinden is nog onbekend.
Vooralsnog blijft het wachten op de besluiten en mededelingen van het RIVM. Vragen over de logistieke aanpak blijven onbeantwoord. “We hebben het heel druk”, laat een woordvoerder weten. Fransoo vindt het onbegrijpelijk dat het RIVM nog geen uitsluitsel heeft gegeven over de vaccins en de daaraan gekoppelde logistieke aanpak: “We weten al bijna een jaar dat die vaccins worden ontwikkeld.” Focus je eerst op hoofdlijnen en vul de details later in, is zijn advies aan het Rijksinstituut voor volksgezondheid.