Lees verder
In zijn boek stelt Van den Berg dat ‘sommige magazijnen uitstekend presteren met 99 procent plus perfecte leveringen, gemotiveerd personeel en ze lijken moeiteloos mee te bewegen met veranderingen in de markt’. “De warehouses onderhouden nauwe samenwerkingen met andere schakels in de keten. De managers van de distributiecentra spelen een belangrijke strategische rol binnen hun bedrijven en ze worden gezien als gelijkwaardig met managers van commercie, finance, productie en inkoop.”
Andere magazijnen steken daar schril bij af schetst de zelfstandig adviseur. Hun prestaties zijn middelmatig en onbetrouwbaar. Medewerkers zijn slecht gemotiveerd. Gangen zien er rommelig uit. Managers gaan volledig op in hun dagelijkse routine. Onverwachte gebeurtenissen, last-minute klantverzoeken, vertragingen, het werk lijkt een eindeloze aaneenschakeling van brandjes die geblust moeten worden. Hoe ontsnap je aan die dagelijkse brandweerroutine? En als dat lukt, hoe transformeer je je distributiecentrum dan naar best-in-class niveau? Op die vraag geeft Van den Berg een antwoord in een van de kennissessies tijdens de komende ICT & Logistiek beurs in de Jaarbeurs in Utrecht. Aan de hand van zijn nieuwste uitgave van zijn boek ‘Highly Competitive Warehouse Management’ geef hij tijdens zijn sessie beursbezoekers een update van de hedendaagse warehousing processen en technologieën.
Retaildistributiecentra zijn het meest volwassen, gevolgd door e-commerce en logistiek dienstverleners
Ook gaat Van den Berg tijdens zijn presentatie in op de veranderingen die de laatste jaren hebben plaatsgevonden op het gebied van warehousing onder de invloed van met name e-commerce. Hij trekt in zijn presentatie een vergelijking met 2012 – toen de tweede herziene editie van zijn boek verscheen – met de huidige situatie. “Die vergelijking is ook de rode draad van mijn presentatie. In 2012 brak e-commerce definitief door. Destijds was de levertijd van een bestelling 48 uur en nu is next day delivery de normaalste zaak van de wereld. Dat gegeven heeft een enorme impact op warehousingprocessen. Denk daarbij onder andere aan het orderpick- en transportplanning- en ook het personeelsplanningsproces. Dat is nu veel complexer en de druk op vergaande digitalisering is alleen maar toegenomen.
Los daarvan constateert Van den Berg op basis van de door hem zelf ontwikkelde ‘Warehouse Maturity Scan’ dat de verschillen tussen branches opvallend groot zijn. “Uit deze scan blijkt dat retaildistributiecentra het meest volwassen zijn, gevolgd door e-commerce en logistiek dienstverleners. De minst volwassen distributiecentra vinden we vooral bij fabrikanten.”
Jeroen van den Berg gaat een artikelreeks schrijven voor Logistiek.nl naar aanleiding van zijn recent verschenen boek Highly Competitive Warehouse Management. Dit artikel is een verkorte weergave van het eerste deel in deze artikelreeks over het creëren van best-in-class distributiecentra. In de volgende delen gaat Van den Berg dieper in op de best practices in warehousing. In het bijzonder kijkt de zelfstandig adviseur hoe deze in de afgelopen jaren zijn veranderd onder invloed van e-commerce en digitalisering. Van den Berg geeft woensdag 10 en donderdag 11 november aanstaande tijdens ICT & Logistiek een presentatie van de herziene druk van zijn boek. Voor meer info over het programma: www.ict-en-logistiek.nl/nl/programma/.
In feite worden distributiecentra steeds volwassener volgens de warehousing- en WMS-expert naar mate we ons stroomafwaarts in de keten bewegen. “Aan het einde van de supply chain, waar bedrijven leveren aan eindklanten, zijn warehouses doorgaans complexer vanwege het brede assortiment en vele frequente leveringen. Bovendien zijn hun out-of-stock risico's kritischer. Als een retaildistributiecentrum bijvoorbeeld zijn winkels niet kan bevoorraden, dan leidt dit al snel tot lege schappen en omzetverlies.”
Voor stroomopwaartse bedrijven is het minder cruciaal, legt Van den Berg uit. “Hun producten liggen nog op voorraad bij bedrijven verderop in de keten, wat als buffer kan dienen. Een andere reden voor de volwassenheidskloof ligt in het feit dat fabrikanten traditioneel hogere winstmarges hebben dan retailers. Dit maakt kostenefficiëntie relevanter aan het einde van de keten.”